Schildklierfunctiestoornissen, interpretatie van laboratoriumuitslagen

W.P. Oosterhuis, J.F.W. Keuren, P. Menheere

Research output: Contribution to journalArticleAcademicpeer-review

Abstract

Laboratoriumtests spelen een centrale rol in de diagnose en behandeling van schildklierfunctiestoornissen. De bepaling van thyroïdstimulerend hormoon (tsh) is de hoeksteen van de diagnostiek. Bij een afwijkende waarde wordt het gehalte vrij thyroxine (ft4) bepaald. In deze bijdrage bespreken wij de interpretatie van deze twee uitslagen bij diagnostiek en controle, en de rol van trijodothyronine (t3) bij t3-toxicose. Aan de orde komen verder het belang van een autoantistoffenbepaling bij diagnostiek en prognose, valkuilen bij het interpreteren van de uitslagen, zoals de invloed van prednison, en verschillen tussen laboratoria door verschillende bepalingsmethodieken.
Original languageEnglish
Pages (from-to)12-19
JournalBijblijven
DOIs
Publication statusPublished - 1 Jan 2008

Cite this