Abstract
TP is lid van de raad van bestuur van enkele naamloze vennootschappen naar Luxemburgs recht. In die hoedanigheid legt hij zich onder andere toe op de strategische besluitvorming, het risicomanagement en het bespreken van boekhoudkundige problemen en de keuzes van de operationele bestuurders. De dagelijkse leiding van de vennootschappen wordt gevoerd door een directiecomité dat bestaat uit gedelegeerde bestuurders of directeurs-bestuurders of, in andere gevallen, door permanente vertegenwoordigers bij de raad van bestuur of door leden van deze raad. TP ontvangt voor de door hem verrichte werkzaamheden tantièmes over de door de vennootschappen gerealiseerde winst. De verwijzende rechter wenst te vernemen of een lid van de raad van bestuur van een naamloze vennootschap naar Luxemburgs recht een economische activiteit in de zin van artikel 9 van de Btw-richtlijn verricht, en of hij zijn werkzaamheden zelfstandig verricht.
Het Hof van Justitie EU stelt vast dat er sprake is van een economische activiteit indien TP diensten onder bezwarende titel verricht en zijn werkzaamheden een permanent karakter hebben en worden verricht tegen een vergoeding waarvan de wijze van vaststelling voorzienbaar is. De benoeming van TP voor een hernieuwbaar mandaat van maximaal zes jaar verleent zijn werkzaamheden een permanent karakter. Om de duurzame aard van de vergoeding te behouden, is het van belang dat de op winst gebaseerde tantièmes ook kunnen worden toegekend aan de leden van de raad van bestuur in de boekjaren waarin de vennootschap geen winst heeft gemaakt. Voorts verricht een lid van de raad van bestuur van een naamloze vennootschap naar Luxemburgs recht zijn werkzaamheden niet zelfstandig wanneer hij niet voor eigen rekening en onder zijn eigen verantwoordelijkheid handelt en niet het aan zijn activiteit verbonden bedrijfsrisico draagt. Dit is het geval wanneer hij slechts zijn deskundigheid en knowhow inbrengt in de raad van bestuur van een vennootschap en deelneemt aan de stemmingen binnen die raad, aangezien de vennootschap dan zelf de negatieve gevolgen van de beslissingen van de raad van bestuur zal moeten dragen.
Het Hof van Justitie EU stelt vast dat er sprake is van een economische activiteit indien TP diensten onder bezwarende titel verricht en zijn werkzaamheden een permanent karakter hebben en worden verricht tegen een vergoeding waarvan de wijze van vaststelling voorzienbaar is. De benoeming van TP voor een hernieuwbaar mandaat van maximaal zes jaar verleent zijn werkzaamheden een permanent karakter. Om de duurzame aard van de vergoeding te behouden, is het van belang dat de op winst gebaseerde tantièmes ook kunnen worden toegekend aan de leden van de raad van bestuur in de boekjaren waarin de vennootschap geen winst heeft gemaakt. Voorts verricht een lid van de raad van bestuur van een naamloze vennootschap naar Luxemburgs recht zijn werkzaamheden niet zelfstandig wanneer hij niet voor eigen rekening en onder zijn eigen verantwoordelijkheid handelt en niet het aan zijn activiteit verbonden bedrijfsrisico draagt. Dit is het geval wanneer hij slechts zijn deskundigheid en knowhow inbrengt in de raad van bestuur van een vennootschap en deelneemt aan de stemmingen binnen die raad, aangezien de vennootschap dan zelf de negatieve gevolgen van de beslissingen van de raad van bestuur zal moeten dragen.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | FED 2024/26 |
Pages (from-to) | 33-40 |
Journal | Fiscaal Tijdschrift FED |
Issue number | 1 |
Publication status | Published - 2024 |
Court cases
Title | FED 2024/26 |
---|---|
Court | Hof van Justitie EU |
Date of judgement | 21/12/23 |
ECLI ID | ECLI:EU:C:2023:1024 |