Abstract
In het op 1 april 1995 in werking getreden familieprocesrecht S. 1994, 570, en S. 1994, 774 is de beroepstermijn voor alle onder het werkingsbereik van dit recht vallende zaken vastgesteld op twee maanden art. 806 lid 1 Rv. Afgezien van afwijkingen zoals het hier behandelde art. 806 Rv, vormt de algemene regeling van de verzoekschriftprocedure ook voor het procesrecht in zaken van personen- en familierecht het algemene kader. Nu dit procesrecht geen bijzondere, aan art. 429r Rv derogerende bepalingen bevat, dienen oproepingen, mededelingen en zendingen ook in familiezaken te geschieden op de in dit artikel bedoelde, bij algemene maatregel van bestuur te bepalen, wijze. Het is van belang vast te stellen dat volgens het nieuwe procesrecht in familiezaken de datum waarop de beschikking aan niet verschenen belanghebbenden wordt toegestuurd geen invloed heeft op de aanvang van de appeltermijn. De vraag kan daarom worden gesteld welke betekenis de toezending van het afschrift van de beschikking heeft, of nog interessanter, welke consequenties voor de belanghebbende uit het niet ontvangen van dit afschrift voortvloeien.
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 103-106 |
Number of pages | 4 |
Journal | Bedrijfsjuridische Berichten |
Volume | 1995 |
Issue number | 12 |
Publication status | Published - 1995 |
Externally published | Yes |